Binnen het Psychosecircuit (GGZ Drenthe) werd de rol van geslacht en leeftijd op de effectiviteit van de DiSCoVR sociale cognitietraining in virtual reality onderzocht.
Mensen met een psychosespectrumstoornis hebben vaak problemen met sociale cognitie en sociaal functioneren. Het trainen van sociale cognitie lijkt dit te verbeteren, daarbij zijn er aanwijzingen dat de effectiviteit van deze trainingen afhangt van individuele kenmerken van de deelnemer. In de huidige studie, binnen onder andere het Psychosecircuit (GGZ Drenthe) en het Universitair Centrum psychiatrie (UMCG), onderzochten we de rol van geslacht en leeftijd bij een sociale cognitietraining in virtual reality voor mensen met een psychosespectrumstoornis, de DiSCoVR-training versus de actieve controleconditie VRelax.
Deelnemers werden random ingedeeld in de DiSCoVR sociale cognitietraining (n=33, waarvan negen vrouwen) of de actieve controleconditie (n= 33, waarvan dertien vrouwen). Met de Ekman 60 Faces Test werd de effectiviteit van de training gemeten, door middel van een voor- en nameting.
We vonden een significant interactie-effect, waarbij vrouwen in de DiSCoVR-training een hogere verschilscore hadden dan mannen op het herkennen van emotionele gezichtsuitdrukkingen, dit werd niet gevonden bij VRelax. Uit de Z-toets bleek er geen verschil te zijn tussen DiSCoVR en VRelax met betrekking tot de leeftijd van deelnemers en de effectiviteit van de training.
Het gevonden resultaat is een indicatie dat vrouwen mogelijk meer profiteren van een sociale cognitietraining dan mannen. Vervolgonderzoek kan zich richten op replicatie met meer proefpersonen en ingaan op verklaringen omtrent de man-vrouwverschillen.
Meer weten? Neem contact op met Esther Sportel, senior onderzoeker GGZ Drenthe
Betrokken onderzoekers : Matthijs (M.) van der Zande, Saskia (S.A.) Nijman, Wim (W.A.) Veling, Marieke (G.H.M.) Pijnenborg, Esther (B.E.) Sportel