In behandeling
Jamal wordt opgepakt door de politie en door justitie doorverwezen naar de Forensische Psychiatrische Kliniek van GGZ Drenthe. Jamal is veroordeeld tot twee jaar tbs. Vijf dagen per week krijgt hij een behandeling in een beveiligde omgeving. In het begin valt dit hem zwaar. Hij krijgt onder andere hulp bij zijn drugsverslaving. Jamal begrijpt dit niet; hij heeft immers geen probleem. Hij denkt dat hij kan stoppen met de drugs wanneer hij dat wil. Maar al snel ziet hij in dat dit niet zo werkt. Het afkicken kost hem veel moeite. Omdat drugs uit den boze zijn in de kliniek wordt Jamal regelmatig gecontroleerd op bezit van ervan. Ze maken een signaleringsplan en bespreken de overval op het benzinestation. Hoe heeft het zo ver kunnen komen? Jamal leert de signalen van zijn drugsverslaving en agressieve gedrag te herkennen. Ze spreken af dat Jamal de hulpverlener belt wanneer hij voelt dat het de verkeerde kant op gaat.
Jamal neemt deel aan een aantal groepsgesprekken. Daar hoort hij de ervaringen van andere mannen. Jamal schrikt van het verhaal van Richard, die zijn zus ernstig heeft mishandeld. Jamal gaat met een aantal andere mannen hardlopen en hij merkt dat hij hier veel energie in kwijt kan. Na het hardlopen voelt hij zich rustig. Hij ontdekt dat er ook andere manieren zijn om met zijn onrust om te gaan.
Ook de moeder en zus van Jamal krijgen hulp van GGZ Drenthe. Ze hebben een paar gesprekken met een hulpverlener en vertellen dat ze soms bang zijn voor Jamal. Ze weten niet hoe ze met hem om moeten gaan. De hulpverlener legt hen uit wat de drugs met mensen kan doen. Ook hebben ze een paar gesprekken samen met Jamal. Gelukkig lukt het hem om van zijn verslaving af te komen. Na twee jaar gaat het een stuk beter. Het contact met zijn familie is hersteld, hij vindt werk bij een autogarage en gaat op zichzelf wonen.
De beschreven situaties zijn aan de werkelijkheid ontleend, de namen en persoonlijke omstandigheden zijn veranderd.