Altrecht Eetstoornissen Rintveld

Altrecht

Altrecht Eetstoornissen Rintveld biedt ambulante, deeltijd en klinische behandeling voor patiënten vanaf 7 jaar met (ernstige) eetstoornissen. De behandeling bestaat uit zowel individuele behandeling als groepsbehandeling.

Hoofd- en sublocatie

Wenshoek 4
3705WE Zeist

Telefoon

Leeftijdscategorie
0-12 jaar
13-18 jaar
19-25 jaar
26-64 jaar
Beschrijving

Rintveld biedt diagnostiek, consultatie, second opinions en behandeling op maat waar nodig voor patiënten (vanaf 7 jaar) met een (complexe) eetstoornis, waarbij sprake kan zijn van ernstige bijkomende problematiek naast de eetstoornis, zoals persoonlijkheidsproblematiek en autisme.

Contra-indicaties

Opname op een gesloten afdeling.

Hoe wordt bepaald of een patiënt in aanmerking komt?

Er wordt door een voordeur team gekeken naar de duur van de eetstoornis, de resultaten van behandeling tot nu toe, de aanwezigheid van andere problematiek, het gewicht en de mate van verstoring van het eetgedrag. Bij jeugdige patiënten tot 18 jaar wordt ook gekeken naar de leeftijd van de patiënt en de gezinssituatie.

DSM V classificatie

Anorexia nervosa – restrictief, eetbui/purgerend, boulimia nervosa, vermijdend restrictieve voedselinnamestoornis, andere gespecificeerde voedings- of eetstoornissen en ongespecificeerde voedings- of eetstoornissen.

Waar bestaat de diagnostiek uit?

De diagnostiek bestaat uit een serie afspraken voor de patiënt met meerdere behandelaars van Rintveld. Middels een klinisch interview (de EDE) wordt de eetstoornis uitgevraagd. In een intake gesprek wordt het ontstaan van de eetstoornis en mogelijke andere klachten uitgevraagd, er wordt een beeld geschetst van hoe het leven van de patiënt er nu verder uitziet, de levensloop wordt kort doorgenomen en de hulpvraag van de patiënt wordt besproken. Ouders of naasten worden gevraagd naar hun beeld van de problematiek in een hetero anamnestisch gesprek. De patiënt wordt verder lichamelijk onderzocht, gewogen, er wordt meestal een laboratorium onderzoek gedaan en indien nodig een ECG. Bij jeugdige patiënten worden de ouders intensief bij de diagnostiek betrokken. De diagnostiek wordt afgesloten met een adviesgesprek waarin met de patiënt (en bij jeugdige patiënten de ouders) de bevindingen gedeeld worden. Gezamenlijk wordt gesproken over de opties voor vervolgbehandeling en worden afspraken gemaakt voor het vervolg.

Hoe onderscheidt dit zich van reguliere diagnostiek?

Bij de diagnostiek wordt gebruik gemaakt van specifieke kennis op het gebied van eetstoornissen, zoals de lichamelijke gevolgen van de eetstoornis. Rintveld  maakt gebruik van speciaal voor eetstoornissen ontwikkelde vragenlijsten. In de gesprekken is aandacht voor de specifieke situatie van de patiënt en de informatie van familie.

Hoe intensief is deze voor de patient?

Patiënt, familie en ouders moeten gedurende de diagnostiekperiode regelmatig naar Rintveld komen voor gesprekken. Ook wordt gevraagd vragenlijst in te vullen, deels via internet. De patiënt wordt lichamelijk onderzocht en wanneer van toepassing moet deze ook bloed laten prikken voor laboratoriumonderzoek. De afspraken worden binnen 2-3 weken gepland.

Welke instrumenten worden er gebruikt bij diagnostiek?

De Eating Disorders Examination interview en bij jeugdige patienten worden de ouders of voogd gevraagd de Caregiver Skill (CASK) in te vullen.

Behandeling
Ambulant
Deeltijdbehandeling
Klinisch (open)
Thuisbehandeling
Beschrijving

De behandeling in Rintveld bij georganiseerd in 2  clusters, jeugd en (jong)volwassenen. De behandeling is zoveel mogelijk ambulant en varieert van laag frequente gesprekken tot een aantal dagdelen per week. Indien nodig kan een klinische opname onderdeel van de behandeling uitmaken. De behandeling wordt veelal afgesloten met een terugvalpreventieprogramma, hierbij wordt e-health gebruikt.
Bij jeugdigen wordt op indicatie thuisbehandeling geboden.

Naam en beschrijving
Behandelaanbod volwassen patiënten met eetstoornissen: MANTRA, CBTE en SSCM
Doelgroep

Patiënten met een eetstoornis vanaf 18 jaar

Methodiek

MANTRA (Maudsley Anorexia Nervosa Treatment for Adults) is een methode die in Engeland is ontwikkeld. De eetstoornis wordt vanuit een positieve instelling benaderd, met aandacht voor herstelbevorderende en herstelbelemmerende factoren. Rintveld heeft het Engelse werkboek vertaald in het Nederlands en een grote groep behandelaars getraind.

CBT-E (Cognitive Behavioural Therapy Enhanced) is een vorm van cognitieve gedragstherapie die geschikt is voor een deel van de patiënten met anorexia nervosa en patiënten met boulimia nervosa.

SSCM (Specialist Supportive Clinical Management) is geschikt voor patiënten met hardnekkige en complexe eetstoornissen.

Beoogde effecten

Beter behandelresultaat met zo mogelijk minder intensieve behandeling en hogere patiënttevredenheid.

Hoe intensief is deze voor de patiënt?

De behandeling is overwegend individueel met actieve participatie van de patiënt.

Effectiviteitsonderzoek

Met behulp van de ROM vragenlijsten onderzoekt Rintveld de (kosten)effectiviteit en patiënttevredenheid van deze nieuwe behandelvormen. Metingen vinden vanaf de start van behandeling tot het eind behandeling om de 6 maanden plaats.

Naam en beschrijving
Inrichting zorgpad eetstoornis en autismespectrumstoornis
Doelgroep

Patiënten met eetstoornissen en comorbide autismespectrumstoornis.

Methodiek

Screening tijdens intake van alle volwassen patiënten op kenmerken van autismespectrumstoornis en wanneer van toepassing diagnostisch vervolgonderzoek

Psychoeducatie (groep en individueel) gericht op autisme bij vrouwen met een eetstoornis

Autismevriendelijk inrichten van de behandelomgeving ambulant en in de kliniek bij patiënten met een comorbide autismespectrumstoornis.

Beoogde effecten

Verbetering van de behandeling en de ervaring van de behandeling van mensen met een comorbide autismespectrumstoornis.

Effectiviteitsonderzoek

Onderdeel van het promotieonderzoek van Sabrina Schröder

 

Uitstroomcriteria

De uitstroomcriteria zijn:

Anorexia Nervosa:

  • Somatisch en psychisch herstel i.c.m. terugvalpreventieprogramma Rintveld
  • Gedeeltelijk herstel en momenteel geen wens tot verdere behandeling
  • Verbetering kwaliteit van leven, i.c.m. gedeeltelijk herstel
  • Zeer gedeeltelijk herstel maar geen doelen meer voor verdere behandeling (na moreel beraad)
  • Zeer incidenteel doet patiënt verzoek tot euthanasie

Bulimia Nervosa:

  • Somatisch en psychisch herstel (inclusief terugvalpreventie)
  • Gedeeltelijk herstel en momenteel geen wens tot verdere behandeling

Voedingstoornissen DSM-5 (ARFID):

  • Somatisch en psychisch herstel
Waar worden patiënten naar door- of terugverwezen?

Waar mogelijk wordt de behandeling in de eigen regio vervolgd, meestal bij een ggz-instelling. Bij co-morbiditeit die beter bij een andere GGz-aanbieder behandeld kan worden, wordt gekozen voor co-behandeling. Regelmatig komt het voor dat doorverwijzing voor co-behandeling niet lukt, de ernst van de eetstoornis schrikt veel behandelaars af, daarnaast is er vaak sprake van wachtlijsten. Rintveld biedt consultatie aan behandelaars in de regio door laagdrempelig telefonisch overleg en het dagelijks telefonisch spreekuur voor verwijzers.

Is er een terugval aanbod?

De nazorg wordt uitgevoerd op basis van de Richtlijn Terugvalpreventie Anorexia Nervosa. Deze Richtlijn is geschreven voor zowel jeugd als voor patiënten van 18 jaar of ouder. Aan de hand van deze richtlijn wordt een terugvalpreventieplan gemaakt. Na afronding van de behandeling starten patiënten in het APK-traject (anorexia periodieke keuring). Er is laagfrequent contact, waarin patiënten en hun hulptroepen leren om de signalen van terugval tijdig te herkennen en welke interventies zij dan kunnen ondernemen. Voor het opstellen van een terugvalpreventieplan en het APK-traject is een e-healthmodule ontwikkeld, waardoor deze contacten ook via e-health aangeboden kunnen worden. Indien nodig kan de behandeling opgeschaald worden. De focus ligt op het verhogen van de zelfmanagementvaardigheden van de patiënt en hun hulptroepen. Het APK-traject kan aanvullend gevolgd worden naast behandeling voor andere problematiek elders.

Met welk instrument wordt de uitstroom getoetst/vastgesteld?

Op basis van klinisch verzamelde data, BMI, ROM en in overleg met patiënt (en ouders).

Hoe wordt een second opinion aangevraagd?

Bij aanmelding kan aangegeven worden dat het een second opinion betreft, vervolgens worden met patiënt (ouders) en huidige behandelaar hierover afspraken gemaakt.

De second opinion bestaat uit een diagnostisch traject, gericht op de vraag van de second opinion. In overleg is een second opinion of consultatie in een ander ziekenhuis door behandelaars van Rintveld mogelijk.

Naam
Dr.
T.N.
Tamara
Berends
Specialisatie

Terugvalpreventie bij eetstoornissen

Contactgegevens

(030) 696 54 77 - t.berends@altrecht.nl

Naam
Prof. dr.
A.A.
Annemarie
van Elburg
Specialisatie

Kinder- en jeugdpsychiater, professor in de klinische psychopathologie, specifiek eetstoornissen

Contactgegevens
Naam
Drs.
A.
Alberte
Jansingh
Specialisatie

Geprotocolleerde behandelingen van (jong)volwassenen MANTRA, SSCM en CBT-E

Contactgegevens

(030) 696 54 77 - a.jansingh@altrecht.nl

Consultatie en adviesmogelijkheden voor verwijzers

Voor consultatie en second opinions zijn aparte telefonische spreekuren. Rintveld werkt met een gewogen wachtlijst, voor spoedeisende gevallen is hierdoor een kortere wachttijd mogelijk.

  • Er is een dagelijks telefonisch spreekuur voor vragen m.b.t. aanmelding en intake. Van dit spreekuur maken patiënten, ouders en verwijzers gebruik.
  • Snel doorverbinden, huisartsen, medisch specialisten en klinisch psychologen worden door onze receptie direct doorverbonden naar een (kinder-en jeugd) psychiater
Beschrijving doelstelling zorgaanbod

De doelstelling van Rintveld is herstel van de eetstoornis en verbetering kwaliteit van leven.

Beschrijving klinische effecten van het zorgaanbod

De behandeling is erop gericht om de symptomen van de eetstoornis en andere problematiek te verminderen.

Bij de start van de behandeling, vervolgens elke 6 maanden en bij het einde van de behandeling worden de volgende instrumenten afgenomen:

12 tot 18 jarigen: chEDEQ voor de mate van eetpathologie, YSR voor comorbide klachten
Vanaf 18 jaar: EDEQ voor de mate van eetpathologie, BSI voor comorbide klachten

Uit alle scores blijkt dat patiënten vooruitgaan.

Beschrijving resultaten zorgaanbod op kwaliteit van leven

De kwaliteit van leven wordt standaard bij de start van de behandeling, vervolgens elke 6 maanden en bij einde behandeling gemeten met de volgende instrumenten:

12-18 jarigen Kidscreen
Vanaf 18 jaar EDQoL

Uit de resultaten blijkt dat de kwaliteit van leven vooruitgaat.

Hoe wordt de zorg door de patiënt en/of naaste ervaren?

De patiëntwaardering wordt standaard gemeten met de CQ index.

Rapportcijfer conform CQ index

In 2020 was het gemiddelde cijfer een 7,6.

Naam
prof. dr.
A.A.
(Annemarie)
van Elburg
Specialisatie

Kinder- en jeugdpsychiater; eetstoornissen bij kinderen en jeugdigen en klinisch wetenschappelijk onderzoek van eetstoornissen.

Contactgegevens
Naam
prof. dr.
R.A.H.
(Roger)
Adan
Specialisatie

Fundamenteel onderzoek op het gebied van honger- en verzadigingsmechanismen.

Contactgegevens
Naam
dr.
U.
(Unna)
Danner
Specialisatie

Emoties en beslisgedrag bij eetstoornissen.

Contactgegevens
Naam
dr.
C.M.T.
(Christien)
Schilder
Specialisatie

Cognitive functioning and intelligence in eating disorder patients.

Contactgegevens
Naam
dr.
B.
(Benny)
van der Vijgh
Specialisatie

Onderzoek naar werkingsmechanismen binnen eetstoornissen, met name op het gebied van psychofysiologie

Contactgegevens
Beschrijving onderzoek

Shared decision making in de behandeling van anorexia nervosa: Pilot RCT om de invloed van SDM op autonome motivatie te vergelijken met advies van de behandelaar (de standaard) en inzicht te krijgen in de haalbaarheid van SDM in de keuze voor behandeling van volwassenen met AN.

 

Naam hoofdonderzoeker
Alberte Jansingh
Beschrijving onderzoek

Eating behaviors of women with an eating disorder and autism
spectrum disorder: studie naar het eetgedrag van vrouwen met een eetstoornis en comorbide ASS in vergelijking vrouwen met een eetstoornis
zonder ASS en vrouwen met ASS zonder een eetstoornis.

 

 

Naam hoofdonderzoeker
Sabrina Schröder
Auteur(s)
Jansingh, A., Danner, U. N., Hoek, H. W., & van Elburg, A. A.
Tijdschrift
Current Opinion in Psychiatry
Datum
november 2020
Auteur(s)
Van Elburg, A.A., Danner, U.N., Sternheim, L.C., Lammers, M., & Elzakkers I.
Tijdschrift
Frontiers in Psychiatry
Datum
maart 2021
Auteur(s)
van Passel, B., Danner, U. N., Dingemans, A. E., Aarts, E., Sternheim, L. C., Becker, E. S., van Elburg, A. A. , van Furth, E. D., Hendriks, G. J., & Cath, D. C.
Tijdschrift
Psychotherapy and Psychosomatics
Datum
februari 2020
Beschrijving

Rintveld organiseert jaarlijks - samen met Ursula Eetstoornissen - een Masterclass Eetstoornissen.

 

Titel presentatie
The relationship between eating disorders and OCD symptom dimensions: An explorative study in a large sample of patients with OCD
Naam professional
U. Danner
Datum
juni 2022
Naam en plaats congres
Jaarlijks internationaal congres van de Academy for Eating Disorders (AED), dit jaar vond dit virtueel plaats

Ervaring van patiënten/naasten

Suzanne

Margo haar dochter Suzanne is 13 jaar als ze door de kinderarts naar Rintveld wordt doorverwezen. Margo: “Toen Suzanne de overstap naar de brugklas maakte, kon ze daar niet helemaal haar draai vinden. Haar vriendinnen waren naar een andere school gegaan en ze miste dat vertrouwde groepje heel erg. Hoewel ze aanvankelijk goed van start leek te gaan, merkten we dat ze zich steeds meer terugtrok. Ze ging steeds gezonder leven, vegetarisch eten en wilde totaal niets meer snoepen. Regelde het vaak zo, dat ze niet met het gezin meeat.
Toen we aan het eind van haar brugjaar op vakantie gingen en ik haar in bikini uit het water zag komen, schrok ik me helemaal wezenloos. Zo gezond was haar gedrag helemaal niet geworden, integendeel: dit was verre van gezond! In de periode daarna bleek al snel dat de situatie verder verslechterde. Ze viel flauw op het hockeyveld en kon niet meer op de fiets naar school. Suzanne werd prikkelbaar, we konden haar niet meer bereiken, ze zat volledig in een eigen wereld. Dat was het moment waarop ik ten einde raad bij de huisarts zat. Die heeft toen het telefonisch spreekuur van Rintveld gebeld. Dat was aanleiding om Suzanne in het ziekenhuis te laten opnemen. Ik was daar zó blij mee! Van daaruit is ze een maand of tien bij Rintveld in behandeling geweest. Op Rintveld kreeg ze een eetprogramma op maat om haar te helpen in stappen gezond en voldoende te leren eten. Daarnaast startten we als gezin met een wekelijks gezinsgesprek, met het doel de klinische opname zo kort mogelijk te laten zijn. Maar daarvoor hadden we handvatten nodig en een duidelijke aanpak. En die kregen we! Terugkijkend was de aanmelding bij Rintveld een doorbreking van de vicieuze cirkel en hadden wij deze hooggespecialiseerde hulp echt nodig. De behandeling ligt ondertussen twee jaar achter ons, Suzanne zit nu in 5 havo. Helaas kan ik niet zeggen dat ook de eetstoornis achter ons ligt, we houden een laagfrequent contact met Rintveld. Zij blijven met ons meekijken om terugval bij Suzanne te voorkomen. Maar in ons geval is dat genoeg: het geeft ons voldoende vertrouwen om de strijd te blijven aangaan.”

Sophie

Sophie (22) : “Als ik terugkijk, is het begonnen toen ik op kamers ging wonen. Ik was altijd al onzeker over mijn lijf, maar ik hoorde alleen maar verhalen over afvallen om me heen, ook van leeftijdsgenoten die veel slanker waren dan ik. Ik werd daar heel onzeker van en ging ‘dus’ ook afvallen. Ik ervaarde het als een enorme kick als mensen zagen dat ik weer wat kilootjes kwijt was en ging mezelf steeds extremere doelen stellen. Maar het ging van kwaad tot erger en eten werd een volledige obsessie. Toen ik uiteindelijk bij Rintveld kwam, nadat andere behandelingen niet geholpen hadden, had ik een BMI van 13. En nog: ik wilde echt wel beter worden, maar ik wilde niet zo veel eten! Als ik keek wat ik moest eten op een dag, dat eten mijn vriendinnen ook niet. Het ergst vond ik nog het wekelijkse weeg-moment. Steeds maar weer moeten zien dat ik aangekomen was, en als ik niet was aangekomen moest ik nog meer gaan eten. In mijn hoofd wist ik wel dat het nodig was, maar mijn hele lijf verzette zich tegen die calorieën, het zat zo diep! Wat me erg geholpen heeft, is het contact met andere patiënten in de startgroep. Iedereen worstelt hier met hetzelfde, en daardoor ervaar je echt steun. Uiteindelijk heb ik de behandeling poliklinisch kunnen doen en afronden. Ik heb veel geleerd over mezelf en weet dat ik moet blijven opletten. Het is wel goed dat er nog steeds af en toe contact is met Rintveld, ik ben vast van plan het nooit meer zover te laten komen!”

Back to top